De leegstand in winkelgebieden in de gemeente Leiderdorp is het afgelopen jaar licht gestegen. Momenteel staan er acht panden leeg, oftewel 10 procent van het totaal, blijkt uit cijfers van retailonderzoeker Locatus. Een jaar geleden was dat nog 7 procent.
Samen zijn de leegstaande winkel- en horecapanden goed voor 8 procent van al het winkel- en horecaoppervlak — per stuk zijn de leegstaande panden dus relatief klein. Gemeten in vierkante meters in plaats van aantallen is de leegstand in Leiderdorp afgelopen jaar ook gestegen. Locatus heeft overigens alleen winkels en horecagelegenheden geteld in zogenoemde centrumgebieden. Een al dan niet leegstaand 'los' winkelpand, restaurant of café wordt in het onderzoek niet meegenomen.
Landelijk is de leegstand afgelopen jaar, net als in Leiderdorp, gestegen, mede door de faillissementen van grote ketens als The Body Shop, Bristol, Esprit en natuurlijk de Blokker. In het nieuwe jaar ziet Locatus lichtpuntjes. De omzet van fysieke winkels groeide eind vorig jaar bijvoorbeeld iets harder dan die van webwinkels — de winkelstraat verliest geen marktaandeel meer aan online.
In sommige steden wordt inmiddels weer meer gewinkeld dan voor corona; in kleinere plaatsen is het aantal bezoekers op z'n best stabiel. Buiten de panden van de Blokker gerekend nam het tempo waarin de leegstand toeneemt eind 2024 bovendien af.
Het leegstandspercentage neemt natuurlijk ook af als er in totaal minder winkels en horecapanden zijn. Ook Leiderdorp doet aan die trend mee: sinds 2019 is het aantal winkels en horecagelegenheden hier met 11 procent gedaald; het totale winkel- en horecaoppervlak is in dezelfde periode met 10 procent gedaald.
Zeker in kleine en middelgrote plaatsen, die geen shoppers van heinde en verre trekken, is het vervangen van winkel- door woonruimte aan te bevelen, zeggen onderzoekers. Aan woningen is immers nog altijd een groot tekort.
Als je dan ook nog eens voor meer winkels zorgt waar mensen hun dagelijkse of wekelijkse boodschappen kunnen doen, moet het lukken om je eigen inwoners meer aan je te binden. Die kunnen te voet of met de fiets komen in plaats van met de auto, en wie te voet of per fiets komt, komt bovendien vaker en geeft meer geld uit.